maandag 20 juni 2011

Meer zon dan regen

Meer zon dan regen, zo begon zaterdag mijn e-mail naar de Tandje Bij fietsers.

Alleen Kees Lindhoud reageerde dat hij hoe dan ook zou fietsen, een beetje mager, er waren er wel een aantal die aangaven in ieder geval niet te komen, wat wel duidelijkheid gaf.
Zelf zag ik de bui ook al hangen, donkere wolken boven Stalland en Smerdiek, nog even getwijfeld, maar toch de auto maar gepakt met de fiets er in.
Bij het café stond Henry al te wachten (bij slecht weer is hij meestal van de partij) even later kwamen Kees en Léon ook aan hobbelen.
In afwachting van de rest maar even het café ingegaan, waar ik de slippers omruilde voor de fiets schoenen.
Terwijl ik daar mee bezig was ging mijn mobiel, Wim Poot, hij was laat thuis, stond omgekleed, maar had toch wel twijfels.
Na hem verteld te hebben dat er toch al vier man aan de start stond, kwam hij toch maar onze kant op, eventueel kon er dan over het vertrek overlegd worden.
Half twee stonden wij klaar om te vertrekken, nog geen Wim, dus moest ik Kees even temperen om toch te vertrekken, een paar minuten daarna verscheen Wim dan toch, dus gelijk vertrokken, hierop had Wim blijkbaar niet gerekend, want we zouden toch overleggen?
Maar ja wij hadden al overlegd en waren er om te fietsen, dus kom op Wim je bent er nu toch.
Wim was er wel, maar alleen fysiek, geestelijk absoluut niet, dus bij het Schapendijkje keerde hij om. Achteraf zag, vertelde hij dat hij eigenlijk twee buien zag hangen, de één met Wind, Regen en Onweer, en de andere met Kees, Léon en Theo.

Bij het vertrek al beslist om het woensdagavond rondje te rijden met eventueel een extra lusje als het weer mee zou vallen.
Inmiddels rijden we dit woensdag rondje al een paar weken en de reacties zijn tot nu toe alleen maar positief, buiten dat ieder weet waar en hoe we rijden is ook gebleken dat waar de wind ook vandaan komt het eigenlijk nooit tegenvalt, voor en tegen wind wisselen elkaar af, met als resultaat dat ondanks de soms hoge gemiddelde snelheid iedereen redelijk makkelijk mee kan, dit geldt vooral voor onze vrouwelijke gast rijders Melanie Alders en Celeste op den Brouw, die zelfs bij een gemiddelde van boven de 33p/u bij konden blijven.

Door de polder richting Poortvliet reden Henry en Léon voortvarend met 38p/u op kop. Over de Thoolse brug de wind van opzij, waar Henry gelijk al de tol moest betalen voor het naast Léon fietsen.
Langs Nieuw-Vossemeer de wind weer mee, waar Henry wel weer op kop wilde, maar dit werd door Kees ten zeerste afgeraden, zeg maar gerust verboden, met een iets rustiger tempo richting Steenbergen, waarna haaks om tegen wind richting via de Heen naar de Fluplandse brug, hier vond Henry zijn definitieve Waterloo.
Na overleg tussen Henry en Kees ging Henry op eigen tempo richting thuisbasis, wij plakten er nog een rondje Flupland aan vast.
Via de zuid-west kant eerst tegen wind met een behoorlijk strak tempo wat we alle drie goed vast konden houden.
Jammer is dat Léon denkt dat er bij iedere dijk-opgang een fotograaf staat die vast legt dat hij makkelijk bij ons vandaan sprint, op Flupland zijn er vier van die dijken dus je kan wel raden wat Léon vier keer deed.
Na de werken en de nodige rotzooi op weg bij de dijkverzwaring, draaiden we voor de wind en daar ging het spel op de wagen, waar ik 38p/u reed ging het natuurlijk niet hard genoeg voor mijn kompanen, vet in de veertig dat rijd pas lekker, prima Léon met zijn jeugdige enthousiasme en Kees die natuurlijk niet afgaf en Theo in het derde wiel, goed maar niet goed gek.
Nu is dit ongemerkt nog een redelijk lang stuk, je rijdt eigenlijk gewoon vanaf de Krammersluis parallel aan de Phillipsdam, met hier en daar nog een stukje niet echt voor de wind, wat ook aan mijn benen te voelen was, laat staan aan die van hun.
Op het eind rechtsaf pal tegen de wind en de snelheid vloog terug, Léon kon niet meer van Kees over nemen dus was ik weer aan de beurt, had tenslotte voor de wind genoeg kunnen sparen.
Het viel al op dat mijn beurt redelijk lang was, maar ach geen probleem, het ging best lekker en 33/34p/u kon ik goed aanhouden.
De Krabbenkreek op kreeg Léon een licht dipje, dus Kees en mijn persoontje zouden hem thuis moeten brengen.
Bij Smerdiek nog even via de Eerste-dijk de provinciaalse overgestoken richting de Hogeweg, hier wilde ik nog even rechtsaf richting de Oudelandseweg, maar een reusachtige kreun van Léon deed ons besluiten om via de kortste weg naar het café te rijden, waar 80km op teller stond.
Al met al twee kleine buitjes onderweg gehad, maar eigenlijk zijn we nog het meest nat geworden van het spatwater, koud was het absoluut niet, dus ook geen spijt gefietst te hebben, of dat voor Léon ook zo was?
Wat wel mooi was, is dat hij maar niet kon begrijpen dat hij na al zijn mooie inspanningen voor de onzichtbare fotograaf er enorm van baalde geen kopwerk meer te kunnen doen, maar Léon troost je, als Kees en ik over een jaar of tien oud beginnen te worden, zul je heel af en toe best op kop moeten komen om ons thuis te brengen.

2 opmerkingen:

  1. Even voor de duidelijkheid:

    Het licht is nooit uit geweest, wel was het wat donkerder dan normaal
    Op langere stukken afzien is nooit mijn specialiteit geweest en zal het ook nooit worden.
    Met een grotere groep ronddraaien is beter voor mij.
    Iedereen (van Tandje bij + onze gastrijders) mag tegenwind naast mij zo hard mogelijk fietsen, geen enkel probleem voor mij als ik daarna maar weer terug in groep kan herstellen.
    Mario Cippollini, de bekende Italiaanse sprint patser fietse ook nooit op kop, alleen in de sprint en tussensprintjes stond hij op de foto.
    En waar kan ik de foto's van onderweg bestellen?
    Daar lachte ik namelijk, later niet meer.

    Léon A.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Maar goed dat ik de bui zag hangen.

    BeantwoordenVerwijderen