zondag 16 november 2008

De dikke wind

Consternatie deze week. Ons stamcafe is niet langer van de fles, maar op de fles. Jammer dat we het uit de krant moeten vernemen, maar nog vervelender voor Betsie en Annie, de uitbaters. We starten van de week bij cafe Smerdiek, waar we ook welkom zijn na afloop. Nog even komt de gedachte bij me op om Mas te stangen. Zal ik m'n nieuwe broek weer afbestellen, want ja voor één jaar met verouderde reclame rijden dat is natuurlijk niks. Laat ik het maar niet doen, die oude haan heeft het al zo moeilijk met z'n revalidatie. Routeplanner Jacco heeft naar ons geluisterd, hij kiest voor een ritje Bruinisse en niet voor een slikkerige polder. Zelfs Kees is tevreden en dat wil wat zeggen, want onze onverschrokken wielerridder heeft het niet zo op gevallen blaadjes en rijdt liever drie keer de Oesterdam op en neer. Op de Philipsdam moeten we nog even klunen om voorbij de obstakels te komen die de wegwerkzaamheden met zich meenemen. De turbodijen van Theo zijn hier niet zo blij mee en het angstzweet breekt hem uit bij de gedachte aan mogelijke krampaanvallen. Op de Philipsdam gaat het weer als vanouds, met een schuine wind wordt er aardig doorgestampt. Zelf ben ik ook wat voorzichtig, de voorgaande week was ik nogal gammel en met onze gemiddelde snelheid ben je eerder dood als levend. Sjonge die Tineke kan toch stoempen. Elk moment denk je, dat houdt ze nooit meer lang vol, maar ondanks gebrek aan training blijft ze gaan. Je bent ook niet zo maar ex-wereldkampioen.

Op de dam en tegen de wind op Schouwen gaan m'n gedachten weer uit naar het verschijnsel dikke wind. Zin of onzin? Ron en Ad geloven er heilig in, voor Kees is het altijd dunne wind. Vind zelf toch ook wel dat het 's-winters zwaarder gaat, of ligt dat aan dat pakket kleren en die twee vetrollen. We malen er niet om en proberen toch 30 in het uur te blijven rijden. Ron krijgt het even zwaar naar Bruinisse en Tineke erna, maar even snel wisselen en we kunnen weer recupereren. Gatver, moet er niet aan denken dat ik dit alleen zou moeten doen. Terug gooit Theo de knuppel weer in het hoenderhok en gaat voor de groep rijden. Dat is de kat op het spek binden. Kees, Leon en Jacco reageren direct. Dat is gek, Theo laat z'n eigen terugzakken. Sluit achterin de groep bij Wim, Adrie, Ron, Henk en Tineke en verschijnt zelfs niet op kop. Op de Krammersluis laat ie zich zelfs helemaal uitzakken. Wat is hier aan de hand, is ie kapot, zag er toch niet zo moe uit. Of is hier sprake van één of ander slinks plan. Na de sluis zijn we allemaal weer samen en iedereen kan mee. Tineke zwaait na de Krabbenkreek af naar Tholen. Wij gaan richting onze nieuwe stamcafé. Bij een groot glas bokbier zit ik nog eens diep na te denken over de dikke wind.

1 opmerking:

  1. Ja, die dunne wind van die Rotterdammers snap ik ook niet zo. Vroeger leerde ik dat een dunne wind een wind was die ijzig koud was, bv de wind tijdens een schaatstocht. Rotterdammers voelen echter ook een dunne wind tijdens zomerse wielertochten. Dikke wind ken ik niet, of het moet de wind zijn die je ruikt als je achter mij rijdt.

    BeantwoordenVerwijderen