De temperatuur is gestegen en de sneeuw wat gesmolten. Alleen regen verwacht in de middag, dus twijfelachtig. Toch zeven man aan de start. Er is een stevig windje en met een temperatuur van drie graden komt dat behoorlijk aan. Voor mij niet onbekend, de voorgaande weken was het nog slechter, voor de anderen is het de eerste keer dit jaar.
Van Poortvliet richting Oesterdam gebeurt het. Tegen de wind in doen nog vier man het werk aan kop. Van achter wordt er driftig geroepen: "naar links, naar links". Als we de waaier formeren komt er vanachter net een auto. Ook de achtersten horen dat door de tegenwind en de verbetenheid om uit de wind te komen niet. Wild claxonerend en zonder vaart terug te nemen komt een auto met grote aanhanger voorbij. Aan de kop van de groep snijdt ie terug naar rechts. De aanhanger maakt een slinger en raakt Henri aan de elleboog. Wild slingerend zie ik Henri en René zowat ondersteboven gaan. Chaos in de groep, maar wonder boven wonder, we blijven overeind. Het nummer van de aanhanger is onthouden en Theo belt 112 om melding te maken. Aan het eind van de Zandweg, bij de dijkdoorgang staat de auto op het erf van een boerderij. We rijden erop om de bestuurder aan te spreken. Henri en Theo zijn woest en er vallen behoorlijke woorden. De bestuurder claimt dat ie niets heeft gemerkt, maar dat is lulkoek. Dit was pure opzet. Als de groep even later doorrijdt en ik samen met René met de chauffeur nog napraat geeft ie toe dat het een domme actie was. Hopelijk blijven we de rest van het seizoen gespaard van dit soort fratsen.
Bij Strijen draait Martin terug naar huis. Theo probeert een redelijk tempo te onderhouden, voor Martin te hard, hij blaast zich met deze wind volledig op. Ook de hele Oesterdam vol tegen. M'n vorm is miserabel. De verkoudheid wil maar niet wijken. Bij Rilland draaien we en krijgen we de wind in de rug. Ondanks de praat dat we het rustig zouden houden loopt het tempo toch weer boven de 40 km/u. Op de Oesterdam is dat toegestaan, niet zo slim dat ik meega, want de vorm is er niet naar. De groep breekt en onder het viaduct wachten we even. Wederom blunder ik. Waar anderen hun regenjack aantrekken omdat het aardig begint door te spetteren, hou ik het mijne in m'n zak. Denk dat ik m'n eigen wel goed warm kan houden tot Smerdiek, maar dat valt tegen. Als we bij Strijen de dijk overrijden liggen er nog sporen sneeuw. Met Mas zit ik aan de slechte linkerhelft. Om begrijpelijke reden zitten we gelijk tweehonderd meter achter. Vooraan wordt er gewoon met zo'n 36 km/u doorgereden en niet omgekeken. Moet keihard doortrekken om weer bij te komen. Dan voel ik de bovenbenen krampen, vermoeidheid en kou, besluit niet verder te forceren en in m'n eigen tempo door te rijden. Vanaf Poortvliet blijft het gaatje gelijk en voor Smerdiek pak ik Mas en René zelfs nog terug.
Ben niet ontevreden. Weken bijna niet getraind, maar toch m'n kopwerk kunnen doen. Van voor Poortvliet alleen gereden en een redelijk tempo kunnen onderhouden zonder stil te vallen. En zo'n gaatje, niets aan de hand. Als de vorm weer goed is zetten we dat wel recht. Volgende week er weer lekker tegenaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten