Het Smerdiekse virus hakt er behoorlijk bij me in. Voor de kerst al ziek, en te lang ermee rondgelopen. Daarna een bronchitus die over zou moeten gaan maar het niet doet. Heb helemaal geen zin om weer naar de dokter te gaan. Nieuwe kuren betekent waarschijnlijk opnieuw een sportstop, en als ik ergens geen zin in heb. Niet verwonderlijk dus dat ik zaterdag enigszins jaloers kijk naar mannen als Theo en Izak, die al in bloedvorm steken. Een lekkere grote groep, met al m'n sterke fietsvrienden, maar ook wat zwakkere broeders. De situatie is dus niet hopeloos. Met wat fietsverstand zie ik nu wel mogelijkheden om in één stuk thuis te komen.
Theo kiest een rondje Goeree en weet dat weer voortreffelijk uit te stippelen. Stukken zijwind en tegenwind worden afgewisseld door meer beschutte stukken en af en toe een draaitje gunstig op de wind. Een verademing, want achterin is het zenuwachtig rijden. Ben dat niet gewend en sommige van mijn fietsbroeders halen behoorlijke stunten uit. Kies eieren voor m'n geld, minder beschutting, meer wind, maar ook minder risico. Onze sterke mannen trekken er weer stevig aan, zo stevig dat Mas gaten moet laten vallen. Dat gaat weer gepaard met de nodige grote schreeuwen. Even later gaat ook bij Martin het lampje langzaam uit. De één z'n dood is de ander z'n brood, want nu kan ik even op adem komen. Als we vlak voor Krammer de polder uit komen en omhoog de dijk opgaan lost Martin definitief en moet ik kiezen. Aansluiten of bij Martin blijven. Het laatste maar, want velen zijn op dit rotstuk bezig te overleven en er wordt doorgereden. Gelukkig zijn Theo en Izak in een sociale bui, want alleen was het me niet gelukt met Martin terug te komen. Met stevige tegenwind de Krammer op betekent vechten voor een plekje. Weer een paar extra grijze haren, Mas en René rijden me de berm in. Even later gaat Henri ook zowat onderuit na een manoeuvre van Ad. Voorzitter Jacco vindt het de hoogste tijd om op de veiligheid te wijzen. Zelf neem ik het zekere voor het onzekere en schiet de brokkenpiloten voorbij voor een veiliger wiel. Op het eiland blijkt dat het toch zwaar was, ook René en Ad moeten lossen. De laatste kilometers, de sterke mannen leven zich nog even uit. Jacco laat zich terugzakken voor assistentie, ook netjes. In Smerdiek staat er een keurige 70km op de teller. Ook al was het zwaar, er gaat toch niks boven wat asfalt vreten.
Mooi geschreven Wim, zoveel emotie kan ik niet verwoorden, maar kan mij wel voorstellen hoe hoe het ongeveer voelde gisteren, zeer zeker na ons ritje van vandaag.
BeantwoordenVerwijderen